Een wereldwijde beweging voor de Rechten van Moeder Aarde

Deel 3: De rechten legaal erkennen is slechts een eerste stap...


door Marja de Vries, oktober 2017 (zie hier deel 1 en deel 2)

 

We kunnen ons verenigen rond dat waar we ons voor inzetten – een toekomst waarin ecosystemen legale rechten hebben om te bestaan, te floreren en hun natuurlijke cycli te regenereren en waarin er rechtvaardigheid is voor gemeenschappen die getroffen zijn en de vervuilers daar verantwoordelijk voor gehouden worden.
= Tom B.K. GoldTooth, Executive Director van de Indigenous Environmental Network (IEN) (1)

 

Alle ontwikkelingen in de afgelopen jaren na de opstelling van de Universele Verklaring voor de Rechten van Moeder Aarde (zie deel 1) en voor het legaal erkennen van de Rechten van Moeder Aarde op alle niveaus van wetgeving als een belangrijke eerste stap (zie deel 2) laten zien dat deze stategie slechts het allereerste begin is van het ingrijpende proces om opnieuw te leren om in harmonie met de natuur te leven. Deze strategie kan op de korte termijn in sommige gevallen wel helpen om enige tijd te winnen om delen van de natuur te beschermen tegen directe vernietiging. Bovendien kan het creëren van mogelijkheden om de natuur wettig te beschermen, hoe klein ook en hoeveel obstakels we daarbij ook tegenkomen, de basis vormen voor een duurzamere relatie met de planeet op de langere termijn en dus voor het creëren van een leefbare toekomst voor de toekomstige generaties.



Het terugvechten van de bedrijven in de USA
Dat het legaal erkennen van de Rechten van Moeder Aarde in de wetgeving een belangrijke eerste stap is maar zeker niet voldoende als enige strategie, is de realiteit waarmee de beweging voor de Rechten van de Natuur in de USA geconfronteerd wordt. Jurist Thomas Linzey van CELDF (Community Environmental Legal Defense Fund) legt uit dat het idee is om eerst per gemeente de Rechten van de Natuur in de lokale wetgeving vast te leggen en om dan in de grondwet van de verschillende staten, zodat ze uiteindelijk in de grondwet van de Verenigde Staten zelf opgenomen zullen worden.  Maar zover is het nog lang niet.
Enerzijds beginnen steeds meer mensen te begrijpen dat het ijveren voor de wettelijke erkenning van de Rechten van de Natuur de enige overgebleven mogelijkheid is om de snel verdwijnende natuur te beschermen. Anderzijds blijkt echter dat extractiebedrijven in feite de democratie ondermijnen en zoals Jurist Thomas al had verwacht, blijkt de olie- en gasindustrie hard terug te vechten, wanneer het opnemen van de Rechten van de Natuur in de locale wetgeving hun plannen dwarsboomt. We zullen moeten begrijpen, stelt hij, dat het werkelijk kunnen beschermen van de natuur in de USA een episch gevecht vraagt. Volgens hem heeft dat te maken met de structuur van de grondwet van de USA waarin eigendomsrecht en handel boven de rechten van gemeenschappen, mensen en de natuur gesteld worden. De situatie in Grant Township in Pennsylvanië, een landelijk dorpje met 741 inwoners, is hier een voorbeeld van en inmiddels vormt het de frontlinie van de nieuwe burgerrechtenbeweging voor de Rechten van de Natuur.(2)
Grant Township in Pennsylvanië
Voor Grant Township begon dat alles eind 2012, toen het olie-en-gaswinningsbedrijf Pennsylvania General Energy (PGE) het plan opvatte om een ‘injectieput’  –  Underground Injection Control (UIC) - in Grant Township te willen aanleggen. In 2013 ontdekte een inwoonster van Grant Township, de gepensioneerde onderwijzeres Judy Wanchisn, dat het plan bestond en dat de U.S. Environmental Protection Agency (EPA) het olie-en-gaswinningsbedrijf daarvoor een vergunning had verleend.
Na enig onderzoek ontdekte ze dat zulke injectieputten gebruikt worden voor het ondergronds opslaan van het zeer giftige afvalwater dat een bijproduct is van het frackingsproces. Net zoals bij de introductie van kernenergie er geen oplossing was bedacht voor het radioactief afval, zo is men begonnen met fracking zonder een oplossing te hebben voor al dit afvalwater dat kankerverwekkende en brandbare chemicaliën, zware metalen en radio-actieve elementen zoals radon en radium bevat. Aanvankelijk probeerde de frackingindustrie om dit afvalwater via waterzuivingsbedrijven  af te voeren, maar dat is vanwege de giftigheid inmiddels verboden. Nu proberen ze dit afvalwater kwijt te raken door het ondergronds op te slaan via zulke injectieputten met het idee dat het daar voor altijd zou blijven.
Tijdens een openbare hoorzitting in Grand Township kwamen de inwoners er achter dat er geen plannen bestonden voor toezicht op het proces en onduidelijkheid over de gevaren van het transport van het afvalwater naar de locatie. De inwoners die zelf onderzoek naar de mogelijke risico’s hadden gedaan, dienden officieel hun klachten in. Maar in maart 2014 bleek de EPA (U.S. Environmental Protection Agency) toch toestemming te hebben verleend voor de injectieput in Grant Township. Volgens de EPA was de injectieput “een veilige en niet dure optie voor het dumpen van ongewenste en vaak gevaarlijke industriële bijproducten” en op basis daarvan had de EPA al duizenden injectieputten goedgekeurd.
Met de hulp van CELDF
De inwoners van Grant Township voelden zich niet gehoord en Judy Wanchisn nam in april 2014 contact op met CELDF. De organisatie legde haar uit dat als een project eenmaal het groene licht heeft gekregen en met de werkzaamheden begonnen is, het voor betrokken gemeenten eigenlijk niet meer mogelijk is om die activiteiten te stoppen om het milieu te beschermen. Het enige wat in dat stadium nog kan, is onderhandelen over details in een vergunning, dus over de mate van vervuiling. Wat dit betekent, zo legde CELDF haar uit, is dat als ze geen injectieput in Grant Township wilden, ze in feite niet te maken hadden met een milieuprobleem, maar met een probleem in de democratie en dat de enige oplossing was om er voor te zorgen dat het bedrijf helemaal nooit in hun gemeenschap zou komen.
Met dat laatste als doel en met behulp van CELDF stelden ze vervolgens een gemeentelijke verordening op waar de Rechten van de Natuur in opgenomen waren. Door deze rechten wettig te erkennen kregen niet alleen de inwoners, maar ook de ecosystemen, rivieren, beken, salamanders, hemlocksparren en ook de aarde inclusief de bodem het legale recht om te bestaan, te floreren en zich natuurlijk te ontwikkelen. Dit betekent dat plannen voor activiteiten zoals injectieputten voor het afvalwater van fracking geëvalueerd moeten worden om vast te stellen of die activiteiten mogelijk de rechten van natuurlijke systemen schenden en dus of injectieputten inbreuk maken op de in de wet omschreven rechten van ecosystemen. Het verschil van deze wetgeving met de bestaande wetgeving is, dat deze wetten schade kunnen voorkomen voor dat het gebeurt, terwijl op basis van de olie-en-gas-wetgeving het legaal is om schade te veroorzaken en wordt eventueel naar schade gekeken nadat het aangebracht is. Kortom, met deze nieuwe verordening zouden injectieputten binnen de gemeentegrenzen illegaal worden en zo zouden de inwoners zich kunnen verdedigen tegen de plannen van de PGE. Bovendien gaf de verordening de inwoners het recht op zelf-bestuur en op die manier het recht om het besluit van de EPA om het olie-en-gaswinningsbedrijf een vergunning te geven ter zijde te leggen.
De verordening werd beschouwd als een oorlogsverklaring
Met deze uitleg van CELDF gingen Judy Wanchisn en haar dochter Stacy Long vervolgens van deur tot deur om aan alle inwoners van Grand Township uit te leggen waarom deze verordening de enige manier was om de injectieput te stoppen. Op een dorpsvergadering in juni 2014, waar er over de verordening gestemd zou worden, verscheen namens de PGE, die de verordening beschouwde als een oorlogsverklaring, een team juristen uit Pittsburg. De missie van dat team was om ter plekke de aanwezigen met klem aan te raden om de verordening te verwerpen, want anders zou de PGE wel eens een rechtzaak tegen hun kunnen aanspannen en dat kon de gemeenschap wel eens veel geld gaan kosten… Maar bijna alle aanwezigen stemden voor de verordening, zodat die werd aangenomen.
Daar liet de PGE het inderdaad niet bij zitten en nog voor de zomer spande de PGE een rechtzaak aan, waarbij ze de verordening van Grant Township een schending van de constitutionele rechten van de PGE noemden. “De opstelling van Grant Township is opzettelijk, willekeurig, irrationeel, overschreidt de grenzen van bestuursgezag, betreft misbruik van officiële macht en schokt het geweten.” Bovendien ging in oktober 2014 ook de machtige lobbygroep Pennsylvania Independent Oil and Gas Association (PIOGA) zich er namens de PGE mee bemoeien. Dat betekende dat Grant Township niet alleen te maken had met een enkel energiebedrijf, maar met de hele olie-en-gas industrie.
Thomas Linzey van CELDF had verwacht dat er teruggevochten zou worden. Volgens hem is het verzet van de olie-en-gas-industrie tegen het legaal erkennen van de Rechten van de Natuur in Grant Township zo heftig, omdat een overwinning van het dorpje door hen beschouwd werd als een gevaarlijk precedent. “Het zou betekenen dat gemeenschappen in staat zijn om nee te zeggen tegen fracking en tegen het afvalwater van fracking en dus, dat deze bedrijven een nieuwe vorm van werk zouden moeten zoeken,” legt hij uit. Als tegenzet adviseerde hij de mensen in Grand Township om vervolgens namens het dorp een motie in te dienen. 
Een jaar later, in 2015, verklaarde rechter Susan Paradise Baxter van de U.S. District Court for the Western District of Pennsylvania de verordening van Grant Township ongeldig en stelde dat Grant Township niet het recht had om het recht van een bedrijf om afvalwater van fracking in de bodem te pompen af te wijzen. “… de ontwikkeling van olie en gas… is een legale bedrijfsactiviteit en vorm van landgebruik in Pennsylvanië,” zo oordeelde zij.
De Home-rule charter
Maar tegelijkertijd was het recht van de PGE om te beginnen met het pompen van het afvalwater in de bodem nog steeds verre van gegarandeerd, want CELDF bood de bewoners van Grant Township een volgende stategie in de vorm van het aannemen van een Home-rule charter. Een lokale gemeente kon door zo’n overeenkomst op te stellen en als die vervolgens door de inwoners goedgekeurd werd, hun gezag ten opzichte van de staat vergroten. De Home-rule charter die met behulp van CELDF werd opstelden, stelde dat de natuur rechten heeft en dat het pompen van afvalwater van fracking in Grant Township illegaal is. Vervolgens gingen Judy Wanchisn en Stacy Long hiermee opnieuw alle huizen langs en in november 2015 stemden de inwoners met een kleine meerderheid voor de aanname van deze Home-rule charter. Hierdoor had Grant Township de eerste Home-rule charter van het land waarin de rechten van de natuur opgenomen waren. Tegelijk met de aanname van deze Home-rule charter werden Stacy Long en Jon Perry gekozen tot town supervisors. De Home-rule charter maakte aanvankelijk weinig indruk op de PGE, en in december 2015 begon men met een eerste test op de locatie van de geplande injectieput.
In september 2016 was er echter een kein licht puntje voor Grant Township, want toen schreef rechter Susan Baxter dat haar oordeel over de gemeentelijke verordening op waar de Rechten van de Natuur in opgenomen waren, niet gold voor de Home-rule charter. Dat betekende dat de PGE opnieuw een rechtzaak zou moeten beginnen als ze de Home-rule charter wilden aanvechten.
Maar zoals te verwachten was spande de PGE direct ook deze rechtzaak aan en dat zou inderdaad mogelijk ook grotere financiële problemen voor het dorpje kunnen betekenen.
In maart 2017 keurde het Pennsylvania Department of Environmental Protection (DEP) het plan van PGE voor een injectieput in Grant Township opnieuw goed. Dat besluit kwam samen met de goedkeuring van een intectieput in het naburige Highland Township, een gemeenschap die inmiddels ook met CELDF samenwerkte.
De nieuwe vergunning van DEP eist wel van de PGE om het proces op de lokatie in Grant Township te controleren met seismometers en om de put te sluiten als het aardbevingen van 2.0 of krachtiger veroorzaakt. Ook daar heeft de PGE vervolgens weer bezwaar tegen ingediend, omdat het vindt dat de DEP niet het gezag heeft om zulke voorwaarden op te leggen. Bovendien heeft nu ook de DEP – dus de afdeling milieubescherming van de staat Pennsylvanië - zelf een rechtzaak aangespannen tegen Grant Township en Highland Township, omdat bepaalde delen van hun Home-rule charter onrechtmatig het staats olie-en-gas beleid zou belemmeren. Op hun beurt heeft Grant Township een tegeneis ingediend waarin de wettigheid van het charter wordt verdedigd.
Burgerlijke ongehoorzaamheid legaal verklaard
Hoewel het einde van dit juridische gevecht nog niet in zicht is, is het resultaat van dit alles op de korte termijn in ieder geval dat de Home-rule charter intussen nog steeds geldt en dat de rechten-voor-de-natuurbeweging de injectieput nu inmiddels vijf jaar opgehouden heeft. Tegelijkertijd wordt duidelijk dat het achterliggende plan van de olie-en-gaswinningsindustrie is om de dorpen Grant Township en Highland Township net als vele andere landelijke gemeenschappen en plekken zoals Standing Rock te beschouwen als een ‘opofferzone’.
Omdat ze daar niet mee akkoord willen gaan, hebben een aantal inwoners van Grant Township zich inmiddels verder voorbereid. Ze hebben een training van het Climate Disobedience Center gevolgd en een verordening aangenomen waardoor geweldloze directe actie om de injectieputten voor het dumpen van fracking-afval water binnen de grenzen van de gemeenschap te voorkomen, legaal wordt. De verordening staat geweldloze directe actie toe om de bepalingen van de gemeentelijke verordening - het recht op schone lucht en water, de rechten van de natuur en het recht op lokaal zelf-bestuur – te verdedigen, aangezien de geplande injectieput een schending van deze rechten zou zijn.
Op basis van deze maatregelen zien Judy Wanchisn en Stacy Long twee opties voor het geval de PGE de Home-rule charter zou negeren en vrachtwagens met fracking afvalwater toch het dorpje binnen willen rijden: de eerste optie is om de eerste wagen op de grens van hun dorp te groeten en de chauffeur uit te leggen dat door het in de bodem pompen van hun lading ze de wet overtreden. De tweede optie is om in het geval dat de chauffeur toch doorrijdt, de straat op te gaan. “Wat hebben we nog te verliezen?” zegt Stacy Long. “Ik ga met mijn lichaam voor een truck staan. Verandering komt omdat mensen op staan om daar voor te vechten.”
Intussen kijken de andere gemeenten in de USA die inmiddels de Rechten van de Natuur in hun lokale wetgeving hebben opgenomen met grote belangstelling mee naar de ontwikkelingen in Grant Township. CELDF heeft dan ook Stacy Long uit Grant Township uitgenodigd om op het internationale ‘Rechten van de Natuur Symposium , dat CELDF op 27 oktober 2017 in New Orleans, Louisiana, organiseert  en waarvoor experts, juristen en activisten uit onder andere Ecuador, Australië en Nepal zijn uitgenodigd, het perspectief vanuit de lokale situatie in de USA toe te lichten.(3)


De moeilijke volgende fase in het proces naar een Aarde democratie
Terwijl het grassroots pad waarbij de Rechten van de Natuur allereerst in de locale wetgeving opgenomen worden, zoals in de USA, niet over rozen gaat, blijkt uit de ontwikkelingen in Ecuador en de Plurinationale staat Bolivia, dat ook wanneer de rechten van de natuur direct in de nationale grondwet opgenomen worden, de volgende  fase verre van eenvoudig is.
Deze twee landen die als eersten de rechten van de natuur opnamen in hun nationale wetgeving, laten enerzijds zien dat door het wettelijk erkennen van de rechten van de natuur deze rechten nu goed bekend zijn in deze samenlevingen. Dat maakt het mogelijk dat verschillende inheemse groepen, sociale organisaties en milieubewegingen door middel van hun acties de toepassing van deze rechten kunnen eisen.(4)
Anderzijds laten beide landen –  in ieder geval op de korte termijn - een groot verschil zien tussen de visie en idealen en het respecteren van de rechten van de natuur in de praktijk. Wat hierbij het meest opvalt is dat beide landen nog niet in staat geweest zijn om hun olie en andere voor het milieu schadelijke extractie industrieën te sluiten en dat hun regeringen in een aantal gevallen zelfs uitbreiding heeft toegestaan.
In ieder geval zin er twee zaken die hierbij duidelijk een rol spelen, namelijk de termijn waarop een transformatie naar sumak kawsay mogelijk zou zijn en de internationale (economische) context. Het lijkt duidelijk dat zo’n veregaande en ingrijpende verandering van de huidige situatie naar een situatie van sumac kausay zich niet zomaar van vandaag op morgen kan voltrekken, maar dat voor dit proces een langereperiode nodig is. Bovendien bestaan Ecuador en de Plurinationale staat Bolivia als landen niet geïsoleerd van de internationale context . Beide landen bevinden zich in de lastige situatie, dat ze enerzijds nog te maken hebben met bestaande (en/of de consequenties van vroegere) verdragen en anderzijds om zelf te kunnen overleven, ze in ieder geval iets zullen moeten exporteren en hun extractieproducten bijna de enige producten zijn die de rijke landen van hen willen kopen. Om deze rdenen is het succesvol kunnen verwezenlijken van sumak kawsay voor een deel ook afhankelijk van een gunstige internationale omgeving.
De voorbeelden van beide landen laten echter ook zien hoe het ideaal van politieke deelname van burgers op alle bestuursniveaus en  het idee van volop ruimte voor initiatieven van onderopheftig kan botsen met de keuze van leiders een top-down beleid ‘voor het welzijn van de bevolking en de natuur’.


De grondwet van Ecuador als een veelbelovend begin
Het was een veelbelovend begin dat Rafael Correa, vanaf 2007 president van Ecuador, zelf actief betrokken was bij het opstellen van de nieuwe grondwet van 2008 die wereldwijd wordt beschouwd als de meest progressieve grondwet.(5)  Zoals beschreven in deel 1 en 2 van dit artikel waren daarin niet alleen de Rechten van Moeder Aarde opgenomen, maar ook expliciet het streven naar Living well in harmonie met de natuur en dus ook een streven naar een economie lijn met die visie van Living well. Bovendien vormde de nieuwe grondwet een kader voor zeer democratisch besluitvorming, politieke deelname van burgers op alle bestuursniveaus en – in principe - volop ruimte voor initiatieven van onderop. Op basis van deze nieuwe grondwet hadden veel mensen uit de sociale en inheemse organisaties verwacht dat de regering van Rafael Correa de exploitatie van natuurlijke hulpbronnen zou stoppen en dat de ingrijpende veranderingen op een democratische manier vorm gegeven zouden worden. Dat laatste werd nog eens extra bevestigd door de aanname van de “Fundamentele Wet voor Burger Deelname” in 2009, waarin het onvervreemdbare recht om deel te nemen aan het democratische proces op alle bestuursniveaus was vastgelegd. In deze wet werd voor het eerst ook de mogelijkheid vastgelegd om de bevolking te raadplegen in gevallen van de extractie van natuurlijke hulpbronnen. (6)
De praktijk
Echter sommige bestaande wetten in Ecuador, zoals de Mijnbouwwet, bleken in strijd met de Rechten van de Natuur, zoals omschreven in de nieuwe grondwet van 2008. En al in 2009 verklaarde Rafael Correa, dat hij niet van plan was om die Mijnbouwwet aan te passen, omdat hij mijnbouw beschouwde als essentieel voor de vooruitgang van het land. (7) Voor het overgangsproces van een economie gebaseerd op export van primaire grondstoffen naar een andere economie in lijn met Living well, was namelijk het ‘Nationale Plan voor Buen Vivir’ opgesteld. Een onderdeel van dit plan was dat het land – voorlopig – nog steeds afhankelijk van olie en andere basis exportproducten zou zijn en dat de controle over de niet-hernieuwbare natuurlijke grondstoffen in de handen zou komen van de staat, zodat de inkomsten daarvan onder andere gebruikt konden worden andere innovaties.
Dit beleid is enerzijds te begrijpen vanwege de zeer lastige economische situatie, en het heeft zeker een aantal resultaten opgeleverd zoals de vergroting van de economische zelfbeschikking en stabiliteit en de  afname van armoede en ongelijkheid. Echter wat moeilijker te begrijpen is, is dat bij de invoering van dit transformatieve macroeconomische beleid  Rafael Correa bleek te hebben gekozen voor een traditioneel topdown beleid, waarbij hij de macht van de nationale regering vergrootte en die macht gebruikte om de wensen van de bevolking te kunnen negeren. Volgens sommigen lijkt het er op dat Rafael Correa een topdown benadering zag als de enige manier die krachtig genoeg was om het nieuwe beleid in te voeren.  Maar het gevolg is wel geweest dat de periode van tien jaar (2007-2017) waarin Rafael Correa president van Ecuador was vooral wordt gekenmerkt permanente botsingen tussen de regering en de sociale en inheemse organisaties van Ecuador. (8)
Het Yasuni-ITT Initiatief
Het inmiddels meest bekende voorbeeld hiervan is de situatie van het Yasuni-ITT Initiatief in Ecuador. Aanvankelijk, in 2007, zag de regering van Ecuador in reactie op de eisen vanlokale inheemse groepen af van het exploiteren van de oliereserves van het Ishpingo-Tambococha-Tiputini  (ITT) olieveld in het zeer kwetsbare Yasuni National Park. Dat werd gezien als een werkelijke positieve stap zijn in de richting van het respecteren van de rechten van de natuur in een van de gebieden met de grootste biodiversiteit in de wereld, dat bovendien woongebied is van twee inheemse groepen. Deze inheemse groepen, de Tagaeri en Taromenane, hebben er voor gekozen om in ‘vrijwillige isolatie van de westerse cultuur’ te leven.
Echter voor de uitvoering van dit plan om de olie in de grond te houden, rekende president Rafael Correa op internationale financiële steun als onderdeel van de klimaatonderhandelingen waarbij arme landen een naar hun oordeel rechtvaardige vergoeding vroegen voor de historische extractie van de grondstoffen van de arme landen door de rijke landen. Echter toen er niet genoeg economische steun van de internationale gemeenschap kwam, liet Rafael Correa in 2013 het Yasuni-ITT Initiatief varen en gaf het groene licht voor het boren naar olie in het Yasuni National Park. Daarmee koos de regering ondanks de nieuwe grondwet toch voor het verder exploiteren van natuurlijke hulpbronnen.
Uit protest verenigde een groep jonge Yasunidos zich om de erkenning van de Rechten van de Natuur te eisen, die in de grondwet van Ecuador werden gegarandeerd. Samen met milieuorganisaties en inheemse organisaties verzamelden ze meer dan 800.000 handtekeningen voor een referendum over de olie exploitatie, maar de Verkiezingscommissie verwierp bijna tweederde van de verzamelde handtekeningen, zodat het verzoek ongeldig werd verklaard en kon worden verworpen. Omdat dit bovendien gebeurde nadat Rafael Correa zich openlijk had uitgesproken tegen de pogingen om op te roepen tot een referendum en het publiek had gewaarschuwd dat het initiatief zou mislukken, verdiepte dit het wantrouwen van de sociale en inheemse organisaties in de regering verder.
Het uiteindelijk resultaat na tien jaar presidentschap van Rafael Correa, is volgens Pablo Dávalos, medewerker van het ministerie van financiën tijdens het presidentschap van Rafel Correa, dat “het nieuwe politieke systeem meer verticaal, meer hiërarchisch en meer afhankelijk van de president is dan daarvoor.” (9) Politiek wetenschapper Thea Riofrancos benadrukt de grote tegenstellingen als resultaat van de jaren van Rafael Correa: “na een decennium van links bestuur, is Ecuador tegelijkertijd meer gelijk en meer ongelijk, meer democratisch en meer gecentraliseerd, radicaal getransformeerd en vastgeraakt in historische patronen van dominantie die dateren uit de koloniale periode.” (10) Kortom, wat veel commentatoren beschouwen als de grootste tegenstelling in de ‘burger revolutie’ van Ecuador is dat Rafael Correa de rol van de sociale beweging bij het toewerken naar een nieuwe economie volledig ter zijde heeft geschoven en het protest vanuit de bevolking heeft gecriminaliseerd.(11)
De vragen die opkomen
Dit alles roept diverse vragen op. Vanuit het perspectief dat het doel alle middelen heiligt rijst mogelijk de vraag of vergelijkbare resultaten die bereikt zijn met het topdown economische beleid mogelijk zouden zijn geweest bij een meer democratischer benadering voor de economische planning. Echter vanuit het perspectief dat de weg naar het doel even belangrijk is als het doel dat nagestreefd wordt roept het de vraag op of er niet nog veel meer mogelijk zou zijn geweest bij het toewerken naar een rechtvaardiger, gelijkwaardiger en duurzamer economie als de regering op een effectieve manier zou hebben samengewerkt met de sociale bewegingen om gezamenlijk de doelen te bereiken zoals geformuleerd in de nieuwe grondwet.
Het maakt in ieder geval duidelijk dat het uitkristalliseren van transformaties gebaseerd op de Rechten van Moeder Aarde ook in Ecuador, ondanks de bepalingen in de grondwet, niet makkelijk is, concludeert Alberto Acosta, econoom en voormalig voorzitter van de Constitutionele Vergadering van Ecuador. En de erkenning van die rechten wereldwijd zal volgens hem nog complexer zijn. “De Rechten van de Natuur raken de privileges van de kringen van macht – die al het mogelijke zullen doen om dit proces van bevrijding te stoppen. Toch is het onze plicht,” zo schrijft hij in zijn artikel Ecuador’s Challenge: Rights of Mother Earth or the Continued Colonization of Nature, (2015) “om een samenleving te visualiseren voorbij de eindeloze exploitatie van de natuur.” (12)

Bolivia: het huidige economische systeem als diepere oorzaak
Zoals ik al in deel 2 schreef was het erkennen van de Rechten van Moeder Aarde voor Evo Morales, president van de Plurinationale staat Bolivia, niet iets dat in de eerste plaats van belang was op nationaal niveau. Voor hem was het iets dat in het kader van de wereldwijde klimaatverandering vooral van internationale belang was als onderdeel van een gezamenlijke lange termijn visie. Om daadwerkelijk in de praktijk de Rechten van Moeder Aarde te kunnen respecteren en harmonie tussen de mensheid en de natuur te kunnen creëren is het volgens hem noodzakelijk om de link te leggen met de internationale situatie en de oorzaken die hebben geleid tot de klimaatcrisis. De problemen die hebben geleid tot de klimaatcrisis zijn volgens hem een direct gevolg van de inherente logica van het huidige internationale economische systeem en daarom is dat alles een probleem van ons allemaal. Voor het oplossen van de wereldwijde klimaatproblemen is wereldwijd een verandering nodig van de huidige extractie-economie naar een nieuw economisch model dat voorbijgaat aan een economisch model dat gebaseerd is op de dominantie van de mens over de natuur.  (13)
Dit inzicht wordt ook weerspiegeld in de Universele Verklaring voor de Rechten van Moeder Aarde. In het voorwoord staat: “We realiseren ons dat het kapitalistische systeem en alle vormen van plundering, exploitatie, misbruik en vervuiling grote vernietiging, afbraak en ontwrichting van Moeder Aarde hebben veroorzaakt, waardoor het leven zoals we dat nu kennen in gevaar is gebracht door verschijnselen zoals klimaatverandering.” En in artikel 3 over de verplichtingen van de mens aan Moeder Aarde staat: “Ieder mens is verantwoordelijk voor het respectvol behandelen en in harmonie leven met de Aarde. Ieder mens, alle staten en alle publieke en privé instellingen moeten (…) economische systemen bevorderen die in harmonie zijn met Moeder Aarde en in overeenstemming met de rechten, zoals gesteld in deze Verklaring.” (14)
Omdat de regering in Bolivia de klimaatcrisis op dit moment ziet als het belangrijkste probleem voor de wereldbevolking omdat daardoor in feite het overleven van de mens bedreigd wordt, heeft deze regering er voor gekozen om internationaal een leidende rol te spelen als belangrijkste criticus van de huidige oplossingen voor de klimaatverandering. Ze hebben veel energie gestoken om internationaal aandacht te vragen voor de diepere oorzaken van de klimaatcrisis en wat daar in hun visie internationaal aan gedaan zou kunnen worden. Om diezelfde reden heeft Bolivia zich enorm ingespannen om internationale samenwerkingsverbanden te vormen rond oplossingen voor de klimaatcrisis op basis van het respecteren van de Rechten van Moeder Aarde. (15)
Pachakuti – 21 december 2012 – en Bolivia’s plan
Daarnaast tracht de Boliviaanse regering in Bolivia zelf ook de voorwaarden te creëren die nodig zijn om voorbij het huidige economische systeem te kunnen gaan, zoals een ingrijpende verandering in investeringen. Met dat doel hebben ze net als Ecuador een beleid ontwikkeld waarbij de extractie-economie steeds minder belangrijk zal gaan worden en dat toewerkt naar de samenwerking van de internationale gemeenschap voor de ontwikkeling van regionale economieën die elkaar aanvullen. Wat hier niet alleen nationaale maar ook internationaal voor nodig is lichtte Evo Morales, op 21 december 2012 toe in de vorm van een manifest dat de filosofie van zijn regering weergeeft.
Hij koos daarvoor deze speciale datum, omdat dit volgens de eeuwenoude inheemse wijsheid van de Andes volken de datum van ‘Pachakuti’ is. Pachakuti is een Quechua term en betekent letterlijk, de ‘wereld ondersteboven’ (‘pacha’ betekent wereld; ‘kuti’ betekent omkering, op de kop zetten of rechtzetten). Pachakuti verwijst symbolisch naar een tijd van snelle verandering  en grote transformatie tussen twee tijdperken, dus een belangrijk keerpunt, dat ook volgens de Maya kalenders wereldwijd het einde van een tijdperk en de aanvang van een nieuw tijdperk markeerde.
Volgens de inheemse wijsheid van de Andes volken was de laatste Pachakuti zo’n 500 jaar geleden toen met de komst van de Spaanse veroveraars de wereld van de inheemse volken onderste boven werd gekeerd. Deze huidige Pachakuti betreft volgens oude voorspellingen de tijd van verandering en transformatie waar we nu in leven.

Pachacuti
De oude voorspellingen laten weten dat dat alles zal plaatsvinden in een tijd van enorme crisis in de wereld, waarbij de Westerse manier van leven uiteindelijk in zal storten en dat we dit ook kunnen beschouwen als situatie die de mensheid een enorme kans biedt voor een nieuw begin door zowel veranderingen in de Aarde als in ons mensen. Het is een tijd waarin we de onjuiste overtuiging dat we afgescheiden zijn van de natuur los laten, onze waarneming van de werkelijkheid verandert en we het reductionistische wereldbeeld achter ons laten, zodat er ruimte komt voor een holistisch wereldbeeld en we gaan begrijpen dat we als mensen een onderdeel zijn van de natuur en onlosmakelijk verbonden zijn met al het leven op Aarde.
Door opnieuw naar onszelf te kijken zullen we ontdekken wie we in essentie werkelijk zijn en dus wie we kunnen worden. Dankzij een proces van het hart, zullen we als individu en als gemeenschap van mensen onze relaties en onze spiritualiteit opnieuw vorm kunnen geven. Door opnieuw contact te maken met de natuur en onze wederkerige relatie met Moeder Aarde opnieuw te erkennen, en een spirituele relatie met de natuur te ervaren, zullen we ook opnieuw in staat zijn om de eenheid met Moeder Aarde en al het leven te ervaren.
Daarom wordt gezegd dat Pachakuti het keerpunt markeert waarop we de tijd van honger, ziekten en oorlogen en een economie gebaseerd op exploitatie van alles wat leeft, kortom een tijd van geweld tussen mensen en geweld naar de natuur achter ons laten. Wanneer we in staat zijn om de innerlijke en uiterlijke balans te herstellen –  en dus door het opnieuw ‘rechtzetten van de wereld’ – zullen we een cultuur kunnen creëren waarbij het leven centraal staat, zodat er opnieuw harmonie tussen de mensheid en de natuur zal ontstaan en  manieren van leven als Aarde gemeenschappen terug kunnen keren. (16)


Op dit bijzondere moment organiseerde de Boliviaanse regering een grote viering op het Isla del Sol, een eiland in het Titikakameer. Zo’n 40 inheemse groepen en een groot aantal mensen uit westerse landen plus een aantal regeringsleiders en ambassadeurs waren aanwezig op deze bijeenkomst, waar Evo Morales in een toespraak van bijna een uur een Manifest presenteerde dat de filosofie van zijn regering uiteenzetten in de vorm van ‘tien geboden’.
Het manifest van Isla del Sol van Evo Morales, 21 december 2012
In zijn toespraak die duidelijk niet alleen gericht was op de inwoners van zijn eigen land, maar op de hele wereldbevolking, stelde hij dat de wereldwijde crisis, die vele dimensies heeft – economisch, ecologisch, institutioneel, cultureel, ethisch en spiritueel – in feite een crisis van de beschaving is. Hij veroordeelde het economische systeem, dat de natuur tot handelswaar maakt, en hij stelde dat dit de eeuw is van de strijd voor universele erkenning van de rechten van Moeder Aarde in alle wetgeving, verdragen en nationale en internationale overeenkomsten, zodat wij mensen beginnen om in harmonie en balans met de kosmos te leven.
Hij lichtte het doel van zijn regering als volgt toe “Onze visie gebaseerd op Living Well in harmonie met Moeder Aarde is gebaseerd op rechten en niet op de markteconomie, het is gebaseerd op de volledige realisatie van menselijk geluk van individuen en bevolkingen, door het volledig wederzijds elkaar aanvullen van de rechten van volken, individuen, staten en Moeder Aarde op een complementaire, inclusieve en onderling afhankelijk manier.”
In de context van ‘Living Well in harmonie met Moeder Aarde’ suggereerde Evo Morales ‘tien geboden’ om niet alleen op nationaal, maar ook op internationaal niveau het bestaande economische systeem achter ons te kunnen laten en om in plaats daarvan een cultuur vorm te kunnen geven waarin het leven centraal staat.
Het eerste van de 10 ‘geboden’ betreft het opnieuw tot stand brengen van democratie en politiek op zo’n manier dat het ten dienste is van de mensen. Het vierde punt betreft het milieu en ‘Living Well’ in lijn met de rechten van Moeder Aarde in plaats van de zogenaamde ‘groene economie’ en de kolonisatie van het milieu. Voor de transformatie van de situatie van de ‘groene economie’ stelt hij ook hier dat het van belang is dat de landen die de klimaatcrisis hebben veroorzaakt hun historische verantwoordelijkheid nemen en er beleid en praktijk nodig is om de uitputting van natuurlijke hulpbronnen te voorkomen en te vermijden door te accepteren dat het leven afhankelijk is van het ondersteunen van het vermogen tot regeneratie van de levenssystemen van Moeder Aarde en het volledige en duurzame managent van de onderdelen daarvan. “We moeten altijd blijven bedenken dat de planeet kan leven zonder mensen, maar dat mensen niet kunnen leven zonde de planeet.”
Het vijfde punt betreft expliciet het omgaan met de natuurlijke hulpbronnen: soevereiniteit over de natuurlijke hupbronnen, zo stelt hij, is een vereiste voor de bevrijding van koloniale en neoliberale dominantie en voor de volledige ontwikkeling van mensen en volken. “In veel landen is de primaire bron van economische rijkdom gebaseerd op het gebruik van natuurlijke hulpbronnen. Echter, in de meeste landen wordt deze rijkdom geplunderd en hebben private en transnationale machten zich deze bronnen toegeëigend en verrijken zichzelf ten koste van de mensen.” Als oplossing hiervoor blijkt Evo Morales net als Rafael Correa, een belangrijke rol voor de staat te zien, en dat niet alleen voor Bolivia, maar voor alle landen: “We roepen landen op tot de volgende acties wat betreft natuurlijke hulpbronnen: ervoor zorgen dat natuurlijke hulpbronnen in het bezit van de staat komen om ten goede te komen aan de mensen en bijdragen aan het genot en welzijn van allen (…) en het ontwikkelen van processen van industrialisatie van die natuurlijke hulpbronnen op zo’n manier dat daarbij altijd aan de noodzaak van het beschermen en respecteren van de rechten van Moeder Aarde gedacht wordt.”
Verder gaat punt zes over het belang van voedsel soevereiniteit en in punt negen licht hij zijn ideeën over de gewenste internationale samenwerking nader toe: “We moeten de organisatorische en legale voorwaarden creëren voor onze volken en landen om in waardigheid en soevereiniteit te leven zonder interventionalisme en zonder buitenlandse militaire bases.We moeten onszelf bevrijden van de ideologische en politieke banden van de financiële wereldinstellingen zoals de Wereld Bank en het Internationale Monetare Fonds (IMF) en hun satelieten en intellectuelen van neoliberale dominantie, en onze eigen instellingen bouwen om beleid gericht op ‘Living Well’ te ontwerpen en adviseren.We moeten een Wereld Organisatie voor de Armen bouwen, een Wereld Organisatie voor Rechtvaardigheid, een Wereld Organisatie voor de Soevereiniteit van Volken, een Wereld Organisatie van Moeder Aarde, een Organisatie voor de Vergadering van de Volken van de Wereld.” (17)
Ook hierna bleef Evo Morales daar waar mogelijk tijdens internationale bijeenkomsten de aandacht vestigen op zijn politieke filosofie te benadrukken. Daarbij stelt hij dat terwijl er lokaal op veel plekken verzet is tegen de gevolgen van de klimaatveandering op alle aspecten van de natuur en het menselijk leven, het tegelijkertijd ook nodig is om ons wereldwijd te verenigen om een alternatief voor het bestaande economische systeem te creëren, omdat er geen blijvende oplossing voor onze groeiende milieurampen en klimaatcrisis bestaan binnen het huidige westerse economische systeem. In plaats daarvan is het enige alternatief een ‘klimaatovereenkomst gebaseerd op een antikoloniale visie, gebaseerd op de lessen van inheemse volken en de bescherming van het leven en Moeder Aarde’ en niet op de economische markt, winst en kapitalisme.’ (18)
In de richting van het nieuwe economisch model tot aan 2014
En wat is intussen gebeurd in de Plurinationale staat Bolivia zelf? In oktober 2014, toen er voor de tweede keer verkiezingen plaatsvonden op basis van de nieuwe grondwet uit 2009, werd Evo Morales opnieuw gekozen en kreeg zijn partij 61% van de stemmen.
Richard Fidler evalueert in zijn artikel How Bolivia is leading the  global fight against climate disaster , de situatie in Bolivia bijna twee jaar na de gedenkwaardige redevoering op Isla del Sol. Hij stelt vast dat er zeker al een aantal stappen zijn gezet en daarbij vallen een aantal opvallende overeenkomsten op met het proces van transformtie in Ecuador. Enerzijds lijken de initiatieven voor een transformatie van de economie zeker resultaten te hebben, waaronder een relatief grote toename in staatsinkomen als een resultaat van grotere staatscontrole over de rijkdom van de natuurlijke hulpbronnen. Door het nationalisatie programma uit te breiden naar zaken zoals telecommunicatie, electriciteit en water is het mogelijk gemaakt dat meer Bolivianen toegang tot deze basisvoorzieningen hebben. En ook in Bolivia is als gevolg van het overgangsbeleid enige daling van de armoede en inkomensongelijkheid te zien. Het is te verwachten, schrijft Richard Fidler, dat dit zich doorzet in de nabije toekomst. Wat betreft het zesde punt, de voedsel soevereiniteit, zijn er ook al een aantal initiatieven zoals het creëren van kleine staatsbedrijven waarbij lokale producenten en gemeenschappen mede de organisatie bepalen. (19)
Wat echter vooral duidelijk wordt uit de situatie in Bolivia is dat de overgang naar een economie gebaseerd op Living Well alles behalve gemakkelijk is. Enerzijds is er de vraag hoe Bolivia het extractivisme achter zich kan laten, terwijl het land daar op dit moment structureel afhankelijk van is en anderzijds is er de gecompliceerde situatie als gevolg van eeuwen van onderontwikkeling en interne verdeeldheid. Mogelijk vanwege dat laatste lijkt men in Bolivia er ook niet in eerste instantie voor gekozen te hebben om in overeenstemming met het eerste van de  ‘10 geboden’- het opnieuw tot stand brengen van democratie – op basis van nieuwe democratischer en meer egalitaire vormen van sociale organisatie toe te werken naar de gezamenlijk doelen.
Hoe dan ook, ook in Bolivia heeft het beleid om er voor te zorgen dat de natuurlijke hulpbronnen allereerst in het bezit van de staat komen met als doel dat de opbrengst ten goede kan komen aan de mensen en bij kan dragen aan het welzijn van allen, helaas geleid tot nieuwe extractieprojecten, verdere vernietiging van de natuur en als gevolg daarvan protesten van de bevolking daartegen. Zo heeft Bolivia de afgelopen jaren de productie en export van gas verhoogd en het land blijkt inmiddels plannen te hebben voor grootschalige fracking... (20)
Het plan voor een weg door TIPNIS
Een sitatie die inmiddels vanuit verschillende kanten veel aandacht heeft gekregen is de tegenstelling tussen de openbare redevoeringen van Evo Morales over de noodzaak om de rechten van de inheemse bevolking en van Moeder Aarde te verdedigen en het voorstel van zijn regering om een nieuwe snelweg te bouwen dwars door het “Isiboro Ségure Indigenous Territory and National Park” (TIPNIS). (21) TIPNIS behoort tot een van de gebieden met de rijkste biodiversiteit van Latijns Amerika en is het woongebied van drie inheemse volken, de Mojeño, de Chimán en de Yuracaré. Als gevolg van het verzet van deze inheemse volken en de mobilisatie van vele andere sociale groepen heeft de regering het plan voorlopig stilgelegd. Echter dat besluit werd helaas pas genomen nadat de politie gewelddadig was opgetreden tegen de inheemse mensen die in een protestmars op weg waren naar de hoofdstad La Paz.
Terwijl de praktijkervaringen van beide landen nog veel te wensen overlaten en er nog vele stappen te gaan zijn naar de verwezenlijking van Aarde democratie, bieden zowel de positieve als de negatieve aspecten van hun voortrekkersrol aan iedereen die meekijkt volop de gelegenheid om waardevolle lessen te leren. Het proces in beide landen roept bijvoorbeeld de vraag op of het wel mogelijk is om zo’n  ingrijpende en gecompliceerde culturele verandering na te streven via de bestaande structuren van een land. Omdat die structuren geworteld zijn in een koloniaal, hiërarchisch, patriarchaal verleden is het te verwachten dat er de neiging bestaat om voor de transformatie een topdownbenadering te kiezen. Zo benadrukt Dr Vandana Shiva in haar boek Earth Democracy (2005) de directe relatie tussen een nieuwe economie en een nieuwe democratie:  “Het is tijd om een nieuwe economie en een nieuwe democratie te creëren waarbij het leven en de vrijheid van mensen in het centrum van de menselijke onderneming staan.” (22)
Wat op dit moment wel zichtbaar lijkt te worden is dat door die topdown benadering onder andere het risico bestaat dat het idee van ‘Living Well in harmonie met de natuur’ een bijna abstract, politiek dogma wordt. De Inheemse volken die in feite de hele Rechten voor de Natuur beweging hebben geïnspireerd benadrukken regelmatig het belang van spiritualiteit. Ze leggen uit dat het erkennen van de Rechten voor Moeder Aarde niet alleen een ethische maar ook een spirituele relatie met de Aarde betekent. Het inheemse idee van ‘Living Well’ verwijst dan ook naar een spirituele manier van leven, waarbij de individueel ervaren innerlijk verbondenheid met al het leven de basis vormt voor de houding waarmee we in het even staat. In dat kader benadrukt Tom B.K. Goldtooth de link die er bestaat tussen onze relatie met de natuur en onze fundamentele overtuigingen over bezit: de “heilige relatie met en de verantwoordelijkheden naar Moeder Aarde (…) komt voort uit een fundamentele overtuiging dat niemand de lucht, het water, de planten en al het leven in haar vele manifestaties kan bezitten.” (23) Kortom, het is nodig dat we niet alleen in theorie, maar juist ook diep binnen in ons gaan begrijpen dat de onderlinge verbondenheid van al het leven heilig is. En om dat werkelijk te kunnen ervaren is het herstel van innerlijke balans van essentieel belang.
Tegeijkertijd is het natuurlijk wel zo dat de moedige initiatieven in Ecuador en Bolivia bijgedragen hebben aan de groeiende internationale interesse om te leren van de eeuwenoude wijsheid van inheemse volken. Bovendien hebben de onvermoeibare inspanningen van Evo Morales om internationale aandacht te krijgen voor de Rechten van Moeder Aarde inmiddels zeker ook tot andere internationale initiatieven geleid om de eindeloze exploitatie van de natuur een halt toe te roepen.


Het Internationale Tribunaal voor de Rechten van de Natuur
Zo leidde de door Evo Mrales georganiseerde Wereld Volksconferentie over Klimaatverandering en de Rechten van Moeder Aarde in april 2010 tot de oprichting van de Global Alliance for the Rights of Nature. Deze organisatie ging niet zitten wachten totdat de Universele Verklaring voor de Rechten van Moeder Aarde door de Verenigde Naties zou worden overgenomen, maar nam in 2014 het initiatief om een Internationaal Tribunaal voor de Rechten van de Natuur op te richten. Dit intiatief is een creatieve reactie op de huidige impasse op internationaal niveau, die geleid heeft tot een steeds grotere kloof tussen wat burgers van samenlevingen wereldwijd zouden willen en waartoe de meeste regeringen bereid zijn om mee in te stemmen en uit te voeren. (24)
Het doel van het Internationaal Tribunaal voor de Rechten vande Natuur is om belangrijke casussen van over de hele wereld met betrekking tot ernstige schendingen van de rechten van Moeder Aarde te horen. De oprichters benadrukken dat het Internationaal Tribunaal voor de Rechten van de Natuur een ethisch tribunaal is en de jury zal bestaan uit internationaal erkende juristen, gerespecteerde Inheemse leiders, academici, kunstenaars, religieuze leiders en milieuactivisten. (25) De intentie is om zaken te beoordelen binnen de context van een op de Rechten van de Natuur gebaseerde aarde jurisprudentie en om op basis daarvan aanbevelingen te doen omtrent de bescherming en het herstel van de natuur en de Aarde. Het Tribunaal biedt zo een mogelijkheid om niet alleen te laten zien dat het kader van de bestaande wetgeving te kort schiet bij het beschermen van de natuur en de verdedigers van Moeder Aarde, maar ook hoe dat anders zou zijn als de Rechten van de Natuur in de wet opgenomen zouden zijn.
Zuid-Afrikaans milieuadvocaat Cormac Culligan legt in zijn artikel A Tribunal for Earth: why it matters het doel van dit Internationale Tribunaal zo uit: “Stel je voor hoe anders de wereld zou zijn als rechtbanken hun besluiten over het wel of niet wettig zijn van menselijk handelen zouden baseren op de overweging of het wel of niet in het beste belang van de hele gemeenschap van het leven was. Stel je voor dat er een internationaal tribunaal was dat zich bezig hield met de fundamentele rechten van alle wezens, inclusief mensen, en besluiten nam – los van de politiek - op basis van wat het beste voor de Aarde gemeenschap als geheel was …” De oprichting van het Internationale Tribunaal voor de Rechten van de Natuur heeft de intentie om deze droom waar te maken en om op de Rechten van de Natuur gebaseerde alternatieven te bieden voor de mislukte klimaatonderhandelingen van huidige regeringen. Verder wil het een kader te verschaffen voor de educatie van burgers, samenlevingen en regeringen over de fundamentele aspecten van de Rechten van de Natuur, en een mogelijkheid bieden voor juridische experts om te onderzoeken wat er nodig is voor een vollediger integratie van de Rechten van de Natuur.(26)
Dit alles betekent dat het Internationale Tribunaal zich niet baseert op de toepassing van de bestaande internationale wetgeving aangezien de inhoud van die wetgeving een deel van het probleem is. In plaats daarvan zal het Tribunaal zich bij hun beoordeling van de casussen die voorgelegd zullen worden baseren op de wijsheid van het eeuwenoude wereldbeeld van inheemse volken, en met name op de Rechten van Moeder Aarde zoals beschreven in de grondwet van Ecuador (Artikel 71-74), in de Wet van Moeder Aarde van Bolivia en in de Universele Verklaring voor de Rechten van Moeder Aarde. (27) Op basis van deze bronnen wordt duidelijk dat de rechten van gemeenschappen van mensen alleen kunnen worden beschermd op de lange termijn door de rechten te beschermen van alles wat leeft en bestaat om hun rol te spelen binnen het geheel van de Aarde gemeenschap.
Het universum als de primaire ‘wetgever’ en de universele wetten
Volgens Cormac Culligan zal het Tribunaal zich bovendien laten leiden door de bestaande kennis van de Wetten van de Natuur en de ordening die inherent is aan het universum. In andere woorden, of iets wel of niet in overeenstemming is met de universele wetten. “Het Tribunaal erkent expliciet de noodzaak dat het gedrag van mensen niet alleen in lijn is met de afgesproken principes, maar ook met de universele ‘wetten’ of ordenende systemen die niet door mensen zijn bepaald. Het Tribunaal erkent, zoals de belangrijke ecologisch filosoof Thomas Berry zei, dat ‘het universum de primaire wetgever is’ en zal zich als gevolg daarvan bij besluitvorming laten leiden door meer dan artikelen in een verklaring.”(28) Dit is een inzicht, dat universeel erkend wordt door inheemse volken en het inzicht in de Rechten van de Natuur is een onderdeel van het wereldbeeld van Inheemse volken, dat wordt weerspiegeld in hun talen, liederen, kunst en traditionele economie. Omdat het Tribunaal erkent dat het de Rechten van de Natuur niet volledig kan begrijpen zonder de wijsheid van Inheemse mensen daarbij te betrekken, schrijft Cormac Culligan, is het Tribunaal er sterk op gericht om inheemse volken en lokale gemeenschappen de gelegenheid te geven om hun unieke zorgen en oplossingen over land, water en cultuur te delen met de wereldgemeenschap.(29)
Dit ethisch Tribunaal voor de Rechten van de Natuur eigent zich de bevoegdheid toe om gevallen van milieuvernietiging en schending van de Rechten van de Natuur te onderzoeken zonder enige verplichting aan regeringen of internationale corporaties. Zo is het Tribunaal een voorbeeld van een burgerinitiatief als een nieuw pad naar de toekomst buiten de bestaande regeringsstructuren om. “Het betreft de mensen van de wereld die de verantwoordelijkheid nemen voor hun eigen toekomst en hun energie niet langer stoppen in het bekritiseren en proberen te beïnvloeden van regeringen die werken binnen nietwerkzame legale structuren, maar die in plaats daarvan instellingen beginnen op te bouwen om zo te kunnen pionieren met nieuwe vormen van bestuur,” stelt Cormac Culligan.(30) In andere woorden, het is een voorbeeld van hoe organisaties en individuen van onderop hun verantwoordelijkheid kunnen nemen om zich los te koppelen van het destructieve internationale economische model en in plaats daarvan zelf praktisch ervaring op kunnen doen met een model dat respectvol is naar de natuur en dat rechtvaardigheid en harmonie met de natuur tracht te bevorderen.(31)

Het eerste Internationale Tribunaal in januari 2014 in Ecuador
Het eerste ethische Internationale Tribunaal voor de Rechtenvan de Natuur vond plaats in januari 2014 in Quito in Ecuador. De internationale jury afkomstig uit zeven landen en vijf continenten, werd voorgezeten door de internationaal bekende auteur, natuurkundige, milieu-activiste en ecofeministe uit India, Dr. Vandana Shiva, en hoorde negen casussen van over de hele wereld over vernietiging van het milieu en ecosystemen. Het tribunal werd bijgewoond door een paar honderd mensen uit [...]Argentinië, Australië, Bolivia, Canada, Ecuador, India, Romenië, Zuid-Afrika, Spanje, Zwitserland, Groot Brittannië en de USA.
In haar openingsspeech zei Dr. Vandana Shiva dat “respect voor en leven in een echte relatie met Moeder Aarde en de Natuur de norm is geweest voor het grootste deel van de tijd dat de mensheid op Aarde leefde. Het is zeer recent dat we begonnen zijn om de Rechten van Moeder Aarde en de Natuur te schenden en de rechten van de mensen die deze fundamentele rechten respecteren en beschermen.”(32) In dat kader kan het tribunal volgens haar gezien worden als een kans om voor een ander pad te kiezen en om onze menselijkheid opnieuw op te eisen, maar voegde ze daar aan toe, dat vereist wel veranderingen op veel niveaus tegelijkertijd. Ze beschreef deze eerste bijeenkomst als een ‘Zaad Tribunaal’ waar gekeken werd of deze zaken in aanmerking kwamen voor een volledige hearing later dat zelfde jaar.
Om de basis te leggen voor het Tribunaal spraken allereerst twee Inheemse vrouwen over het Inheemse wereldbeeld, het idee van Moeder Aarde en over leven in harmonie met de Natuur.
Casey Camp-Horinek, een inheemse burgerrechten- en milieuactiviste van het Ponca volk uit Oklahoma, USA benadrukte hoe belangrijk het is te begrijpen dat er geen scheiding bestaat tussen mensen, de Aarde en alle andere levende wezens: “Ik zou jullie  willen herinneren aan een zeer eenvoudig iets. Als je deze morgen water of een ander vocht hebt gedronken, als je iets hebt gegeten dat [afkomstig is] van het houten volk of van de viervoeters, als je hebt geademd, als je lichaam warm is geworden dankzij de vuren van de Aarde, dan zou je moeten erkennen en begrijpen dat er geen scheiding bestaat tussen mensen en de Aarde en allen die verwanten zijn van de Aarde in de kosmos...” (33)
Patricia Gualinga, een Sarayaku leider van het Kichwa volk uit de Ecuadoriaanse Amazone maakte duidelijk dat de relatie tussen inheemse volken en Moeder Aarde een relatie is van balans en van intimiteit en respect. Ze legde uit, dat we vanwege het bestaan van de andere wezens Moeder Aarde niet kunnen behandelen alsof het ons bezit is. Maar nog belangrijker, we kunnen niet tegen Moeder Aarde in gaan omdat we dan onbalans creëren. Het is een vergissing, benadrukte ze, om te denken dat de vernietiging van een habitat alleen gevolgen heeft voor die habitat – in plaats daarvan heeft het gevolgen voor de hele Aarde. Als we Pachamama - het leven zelf - vernietigen, vernietigen we onszelf.(34)
De casussen die voor het Tribunaal gebracht werden betroffen onder andere fracking, mijnbouw, gevolgen voortkomend uit de BP-olie ramp in de Golf van Mexico, de bedreigingen van het Great Barrier Reef in Australië, Genetische modificatie (GMO) en de bedreigingen voor verdedigers van de natuur. Veel van de getuige-deskundigen die aan het woord kwamen waren inheemse mensen die spraken over de milieuvernietiging die had plaatsgevonden in hun eigen gemeenschappen - bijvoorbeeld door mijnbouw, de aanleg van dammen of fracking – in situaties waar nationale wetten geen effectieve middelen verschaften voor de gemeenschappen om zichzelf of de ecologische gemeenschappen waarvan ze een onderdeel zijn, te beschermen. Ze benadrukten het belang om nieuwe systemen te creëren die de wederzijdse relaties en balans tussen alles dat bestaat wel effectief kan bewaken.(35) De rechters oordeelden in alle negen casussen dat er voldoende aanwijzing was van schending van de Rechten van de Natuur voor nader onderzoek tijdens een volledige hearing later dat zelfde jaar.(36)

Het tweede Internationale Tribunaal in december 2014 in Peru
Het tweede Internationale Tribunaal voor de Rechten van de Natuur vond plaatst in december 2014 in Lima in Peru tijdens de Peoples’ Summit, terwijl aan de andere kant van de stad de VN klimaattop (COP20) plaats vond.“Dit ethisch tribunaal ontstaat wanneer landen hun verplichting verzaken om het leven van levende wezens te beschermen. Zolang de natuur in de wetgeving gezien wordt als bezit, kan er geen rechtvaardigheid voor gemeenschappen, het klimaat of de natuur zijn,” zei de voorzitter van de internationale jury van dit tweede Tribunal, Alberto Acosta, econoom en voormalig voorzitter van de Constitutionele Vergadering van Ecuador.(37)
In zijn openingswoord richtte Alberto Acosta ook de aandacht op de opvallende afwezigheid van Jose Isidro Tendetza, Shuar leider uit de Condormijn regio in Ecuador. Jose Isidro had zich openlijk uitgesproken tegen de mijnbouwwerkzaamheden toen hij zich bewust werd van de gevolgen daarvan voor zijn gemeenschap. Hij zou naar het Tribunaal komen als een getuige in de zaak over de mijn, maar was enkele dagen voordat het Tibunaal zou beginnen vermoord, een voorbeeld van de wrede acties die wereldwijd plaatsvinden tegen verdedigers van de Aarde.
Ook dit Tribunaal begon met de erkenning van de Rechten van de Natuur en een korte uitleg van twee Inheemse vrouwen over het Inheemse wereldbeeld, het idee van Moeder Aarde en leven in harmonie met de Natuur. Tijdens dit Tribunaal boog de jury zich over twaalf zaken die naast de casussen die al aan het ‘Zaad Tribunaal’ waren voorgelegd, betrekking hadden op zogenaamde oplossingen voor klimaatverandering zoals REDD+ (Reduction of Emissions from Deforestation and Forest Degradation) en destructieve olie- en mineralenextractie. De jury luisterde naar bewijsvoering van experts en getuigen die geleden hadden door de grove schendingen van de Rechten van Moeder Aarde en de Natuur, van mensenrechten en van de rechten van inheemse volken door corporaties en overheidsinstanties.(38)
In het geval van de Condormijn in Ecuador, sprak in plaats van Jose Isidro Tendetza, de Shuar Domingo Ankuash. Hij vertelde de jury over de schoonheid en biodiversiteit in het Condor gebied waar de mijn is. Het is een van de regio’s met de grootste biodiversiteit van Ecuador. “Voor ons zijn de watervallen heilig,” zei hij. “We hebben een verbond met de natuur. We zijn er afhankelijk van.” Dit verbond wordt bedreigd door de mijn. Hij vertelde ook meer over de onregelmatigheden rond de dood van Jose Isidro Tendetza. “Stierf Jose terwijl hij de Rechten van de Natuur verdedigde?” vroeg jury lid Tom Goldtooth, Dine/Dakota en directeur van de organisatie Indigenous Environmental Network (IEN).(39)
Het geval van de zogenaamde klimaatoplossing REDD+ werd beschreven als zowel een bedreiging voor bestaand bos als voor de gemeenschappen die in die bosgebieden wonen. Het hoofd van het Huni Kui volk uit Acre in Brazilië, Ninawa Kaxinawá (Hunikui) verklaarde: “REDD is een leugen. We accepteren niet dat de natuur op de markt gebracht wordt, omdat het onze ziel en geest is; het is onbetaalbaar, het is onze stem.” Ruth Nyambura, van het Biodiversity Network Africa vertelde dat er in Kenya inmiddels al ontruimingen hadden plaatsgevonden als gevolg van REDD. Alle casussen lieten zien dat het niet slechts om academische kwesties ging, maar dat er reële gevolgen en slachtoffers zijn.(40)
Gebaseerd op de getuigenissen van getuige-deskunigen en slachtoffers van schendingen van de Rechten van de Natuur sprak de jury over alle twaalf zaken een ethische oordeel uit en stelde in alle gevallen de schending door bedrijven en overheden van de Rechten van de Natuur vast. Bovendien werden er aanbevelingen gedaan voor de bescherming van de Aarde en herstel op basis van de Universele Verklaring vande Rechten van Moeder Aarde. De uitspraken zullen ook worden gebruikt om te pleiten voor de Rechten van de Natuur bij de Verenigde Naties en individuele landen. Het Internationale Tribunaal stelde ook dat de COP20, de VN klimaattop, een plek zou moeten zijn waar de Rechten van de Natuur worden erkend, want zolang de Rechten van de Natuur niet worden beschouwd als een integraal aspect bij het zoeken naar oplossingen voor de klimaatverandering, blijft de toekomst van de planeet gevaar lopen.(41)

Het derde Internationale Tribunaal in december 2015 in Parijs in Frankrijk
Een jaar later vond het derde Internationale Tribunaal voor de Rechten van de Natuur plaatst op 4 en 5 december 2015 in Parijs vlak voor de VN Klimaattop (COP21) daar. Het werd dit keer georganiseerd door de Global Alliance for the Rights of Nature in samenwerking met de organisaties End Ecocide on Earth, NaturesRights en Attac France. Na het eerste Tribunaal als ‘Zaad Tribunaal’ en het tweede Tribunaal als eerste tribunaal dat uitspraken deed over de gehoorde zaken, vond tijdens dit derde Tribunaal de officiële oprichting van het Internationale Tribunaal voor de Rechten van de Natuur plaats. Als een organisatie van de mensen zelf, is het een belangrijke volgende stap bij het creëren van de wereld zoals we ons die wensen, zo stelde de Zuid-Afrikaanse milieuadvocaat Cormac Cullinan, die dit derde Tibunaal voorzat.
Gedurende beide dagen werden er vier zaken behandeld. De zaken die de eerste dag werden gehoord betroffen vermoede klimaatmisdaden tegen de natuur gehoord, de ‘financialisering’ van de natuur via marktmechanismen dat eerder een misdaad dan een oplossing lijkt te zijn, misdaden begaan in de Agro-Food industrie en misdaden begaan tegen verdedigers van de natuur. Op de tweede dag werden vermoede misdaden tegen de natuur gehoord, zoals fracking in de USA, de bouw van megadammen in Brazilië en twee eerder behandelde zaken werden heropend om ze opnieuw te beoordelen op basis van de Ecocide Amendementen van het Statuut van Rome.
In zijn afsluitende toespraak stelde Cormac Cullinan dat de besluiten van het Tribunaal op basis van het bewijs van mensen van over de hele wereld het proces om sociale normen te veranderen versterkt. Nu er steeds meer mensen over de hele wereld zich aansluiten bij deze beweging, zo stelde hij, wordt er op basis van consensus een kracht opgebouwd die er uiteindelijk toe zal leiden dat deze besluiten door onze samenlevingen worden over genomen. “Veel van de praktijken die hier gehoord zijn zullen over een paar jaar niet langer acceptabel zijn. En nog minder tijdens de volgende generatie.”(42)
Het volgende Internationale Tribunaal zal plaatsvinden in Bonn in Duitsland, in november 2017 in aansluiting op de VN Klimaattop (COP 23). Inmiddels zijn er ook op verschillende plekken in de wereld regionale tribunalen voor de Rechten van de Natuur opgericht, zoals bijvoorbeeld in Quito in Ecuador, in San Francisco in de USA en in Brisbane in Australië.(43)



Het Internationale Verdrag om de Salish Zee te beschermen
Een andere internationale ontwikkeling is, dat inheemse volken zich genoodzaakt zien om zich te verenigen en samen verdragen op te stellen om hun leefgebied te beschermen, aangezien multinationals via internationale handelsverdragen steeds meer rechten hebben verworven en zelfs regeringen rechtzaken aan kunnen doen om zo de effecten van bestaande milieuwetten te beperken of te niet te doen.  Zo kwamen in september 2014 First Nations van de NoordWestkust van het Canadese vaste land, Vancouver Eiland en de Staat Washington bijeen om een historisch verdrag te tekenen om de Salish Zee te beschermen tegen teerzandolie en aanverwante bedreigingen.  “De Salish Zee is ons thuis geweest, de feestschaal van ons bestaan en de plaats waardoor we verbinding hebben met al onze voorouders en alle levende verwanten. Op basis van onze voorouderlijke wetten dragen wij de heilige verantwoordelijkheid om de Salish Zee en de rivieren die er in uitstromen te beschermen,” legt Leonard George, spiritueel leider van deTsleil-Waututh Nation uit. “Het Kinder Morgan Expansion Project bedreigt onze nietafgestane oorspronkelijke aanspraak en rechten op onze respectievelijke territoria.” Een ernstig olielek zal het al onder druk staande mariene milieu verwoesten, mogelijk de resterende zalm populatie doen instorten en de oester- en mosselbanken verder vervuilen en op die manier de Inheemse visrechten wegvagen.
Het opstellen van het verdrag was het resultaat van een vergadering van spirituele leiders van de betrokken First Nations om de heilige verplichtingen om de Salish Zee te beschermen te bespreken. Omdat de wijsheid van de de spirituele leiders hen duizenden jaren heeft geleid, worden zij door de First Nations als de hoogste autoriteit beschouwd. “We zijn verplicht door onze spirituele tradities en wetten om de integriteit van de waterwegen en het land die het leven van onze volken mogelijk maken te garanderen,” zo begint het vedrag, dat ook expliciet de onlosmakelijke verbinding met de Salish Zee voor hun algeheel welzijn beschrijft: “Het welzijn van ons intellect, onze emoties, spirit en fysieke lichamen is afhankelijk van het welzijn van de Salish Zee.”
Het verdrag  verbiedt het toegenomen transport van teerzandproducten door de Salish Zee en maakt in het bijzonder het Kinder Morgan Trans Mountain Expansion Project illegaal volgens de Coast Salish Law. “We beschouwen teerzandtankerverkeer en de pijplijninfrastructuur die voor de aanvoer zorgt illegaal op basis van onze voorouderlijke wetten, de Canadese grondwet en de internationale wet voor de rechten van inheemse volken en alle mensen.”
En behalve dat, verklaren de ondertekenaars van het verdrag dat ze, indien nodig, bereid zijn om gezamenlijk actie te ondernemen om de bescherming van de Salish Zee af te dwingen via de Coast Salish, Canadese of Internationale wetgeving. “Door dit verdrag te tekenen, hebben we afgesproken om wederzijds en collectief alle wettige middelen te gebruiken om dit project te stoppen,” licht Rueben George van het Tsleil-Waututh Nation Sacred Trust Initiative toe, zodat het project van Kinder Morgen er nooit zal komen. Het verdrag wordt ook geplaatst in de grotere context van de klimaatverandering als bedreiging voor de mensheid. “We tekenen dit verdrag niet alleen voor ons eigen volk en onze eigen kinderen. We doen een beroep op onze Coast Salish en Inheemse verwanten om dit verdrag ook te tekenen en op alle niveaus van bestuur dit verdrag te erkennen en na te leven.”(44)


Het verdag van Inheemse vrouwen van Amerika
Geïnspireerd door de Universele Verklaring voor de Rechten van Moeder Aarde hebben sinds 2010 verschillende organisaties en groepen bovendien hun eigen variant op die verklaring geschreven. Een van die varianten is de ‘Inheemse Vrouwen van Amerika, Verdedigers van Moeder Aarde Verdragsovereenkomst’. Als vertegenwoordigsters van inheemse volken en als verdedigers en beschermers van het leven hebben zeven inheemse vrouwen uit Noord, Midden en Zuid Amerika (45)  zich verenigd. Ze zijn opgestaan om het land, de soevereiniteit en vreedzame manier van leven van iedere First Nation binnen de Natuurlijke Wetten en de Creatieve Principes van Moeder Aarde te beschermen en hebben in september 2015 dit onderling verdrag opgesteld, iets wat nooit eerder in de geschiedenis is gebeurd. (46) “Vrouwen die er nooit aangedacht hebben om zich openlijk uit te spreken, om naar een demonstratie of een openbare bijeenkomst te gaan verheffen nu hun stem,”  schrijft Pennie Opal Plant, zelf van Yaqui, Choctaw en Cherokee afkomst en een van de zeven vrouwen in haar artikel We Are All Related – working together to fight fossil fuels.(47)
Het historische verdrag beschrijft zowel de schade die plaatsvindt als de verantwoordelijkheden, voornemens en verplichtingen van hen als Inheemse vrouwen om er voor te zorgen dat het leven op een gezonde manier voortgang kan vinden. Ze schrijven dat hoewel we leven in een natuurlijk systeem waar natuurlijke wetten aan ten grondslag liggen, deze wetmatigheden in zo’n extreme mate overschreden zijn, dat het heilige systeem van leven zelf op dit moment bedreigd wordt. Het regeneratieve en dus zelfherstellend vermogen voor het veilig voortbestaan van het leven op de manier waarop het voor miljoenen jaren heeft bestaan loopt nu gevaar.(48)
Bovendien stellen ze in hun verdrag dat schendingen van de wetten van Moeder Aarde ook schendingen van vrouwen zijn, omdat vrouwen en Moeder Aarde onscheidbaar zijn. Die schendingen hebben namelijk niet alleen geleid tot “… verzuring en opwarming van oceanen, zeespiegelstijging, overstromingen, extreme hitte, cyclonen, orkanen, tornado’s, het uitsterven van soorten (…), epidemische hoeveelheden kanker en auto-immuunziekten, de vergiftiging en privatisering van zoetwater in meren, rivieren, stromen en aquifers en lucht- en bodemverontreiniging,”  zo schrijven ze, maar ook tot “… een ontelbaar aantal vermiste, vermoorde, verkrachte en tot slaafgemaakte vrouwen.”
In hun verklaring schrijven de zeven vrouwen, dat er momenten in de geschiedenis zijn wanneer het noodzakelijk wordt voor mensen om op te staan om dat wat ontoelaatbaar is te veranderen. Er is niets ontoelaatbaarder dan de vernietiging van duizenden soorten, inclusief onze eigen soort. “Als Inheemse vrouwen van de Amerikas begrijpen wij de verantwoordelijkheden ten opzicht van het heilige systeem van het leven dat ons is gegeven door de Schepper om de territoriale integriteit van Moeder Aarde en de Inheemse Volken te beschermen.”  Deze verantwoordelijkheden eisen dat ze in actie komen om gezonde lucht, water, bodem, zaden en een veilig klimaat zeker te stellen zodat het leven zal kunnen voortbestaan. Hun traditionele inheemse manieren van leven instrueert hen, zo schrijven ze, dat vrouwen de wijsheid bezitten die noodzakelijk is om de leiders de behoeften van kinderen en de ongeborenen te doen begrijpen. “Via dit verdragsinitiatief verheffen we onze stem om richting te geven aan regeringsleiders en hen die machtsposities innemen om de door mensengemaakte wetten zo aan te passen dat ze in overeenstemming zijn met de natuurlijke wetten.”(49)
Het verdrag als een liefdeslied voor de wereld
Ze benadrukken dat hun verdrag gezien kan worden als een liefdeslied aan de wereld.“We doen dit vanuit liefde,” benadrukt Pennie Opal Plant, “liefde voor onze kinderen, kleinkinderen en hun kleinkinderen en uit liefde voor de plaatsen waar we van houden, de spirits van het water, de aarde en de lucht. We doen het omdat we van Moeder Aarde houden.” (50) Via hun verdrag nodigen ze alle vrouwen van de wereld uit om met hen, inheemse Zusters van de Amerika’s,  mee te doen om de destructie een halt toe te roepen, en dat ze geen tijd meer hebben om dit systeem te veranderen op de manier waarop gewoonlijk deze systemen worden veranderd.  “We nodigen onze zusters en hun wereldwijde contacten uit om zich bij ons aan te sluiten, bij teach-ins en geweldloze directe acties bij alle bedrijven en machtsplekken die de destructie veroorzaken. We nodigen jullie uit om dit kalm, zonder kwaadwilligheid en met liefde in jullie harten voor alles wat je dierbaar is te doen.” Ze doen een beroep op alle vrouwen om zichzelf te informeren over deze onderwerpen en over geweldloze bewegingen en om  zich aan te sluiten bij de cirkels van wereldwijde initiatievenvoor  een nieuw systeem dat streeft naar harmonie tussen mensen en de rechten van Moeder Aarde.(51)
Later dat jaar in december 2015 werd dit verdrag van Inheemse vrouwen in Parijs aan veel meer vrouwen voorgelegd als een uitnodiging aan alle vrouwen van de wereld om zich te verenigen als levengeefsters en beschermsters en om de heilige missie op te pakken om de vernietiging van de bron van het leven te stoppen. Daar werd het verdag dat oproept tot vreedzame en geweldloze acties van burgerlijke ongehoorzaamheid vanuit liefde voor het leven en de toekomstge generaties door veel meer vrouwen ondertekend als bekrachtiging van hun intentie om daar waar vernietiging plaatsvindt Moeder Aarde te beschermen voor toekomstge generaties. (52)


Met dit artikel hoop ik weer anderen te informeren over deze eerste stappen van de groeiende wereldwijde beweging de zich inzet voor de Rechten van Moeder Aarde en de ingrijpende verandering naar Living Well in harmonie met de natuur. Uit al deze ontwikkelingen blijkt overduidelijk hoe de vele verschillende van een cultuur onderling met elkaar samenhangen. Dat geldt zowel voor de hedendaagse westerse cultuur als voor een cultuur gebaseerd op het inheemse Living Well in harmonie met de natuur.
Mogelijk zijn dit de eerste stappen in de richting van wereldwijde ‘Samenlevingen in Balans’ zoals ik dat beschrijf in mijn boek Samenlevingen in Balans (2014). (53) Een paar van de volgende stappen zijn het internationale ‘Rechten van de Natuur Symposium dat CELDF organiseert op 27 oktober 2017 in New Orleans, Louisiana, USA en het vierde Internationale Tribunaal in november 2017 in Bonn in Duitsland in aansluiting op de VN Klimaattop (COP 23).


Deel 1 van dit artikel

Deel 2 van dit artikel

Noten
(1) Tom B.K. Goldtooth and Shannon Biggs, editors, Right of Nature & Mother Earth, Sowing Seeds of Resistance, Love and Change, November 29th, 2015.
(2) Justin Nobel, ‘How a Small Town Is Standing Up to Fracking’, 22 mei, 2017. De informatie over het proces in Grant Township bezeer ik op dit uitgebreide artikel.
(3) Zie het programma van het symposium
(4) Pablo Solón, The Rights of Mother Earth, maart 2017
(5) Clare Kendall, “A New Law of Nature”, The Guardian UK, 24 sept. 2008; Paul Dosh en Nicole Kligerman “Correa vs. Social Movements: A Showdown in Ecuador”, NACLA Report on the Americas Vol. 42 Iss. 5 (2009)
(6) Dana Brown, Ecuador’s “citizen revolution”, 7 augustus 2017
(7) Alberto Acosta, ‘Ecuador’s Challenge: Rights of Mother Earth or the Continued Colonization of Nature’, in Tom B.K. Goldtooth and Shannon Biggs, editors, Right of Nature & Mother Earth, Sowing Seeds of Resistance, Love and Change, November 29th, 2015
(8) Dana Brown, Ecuador’s “citizen revolution”, 7 augustus 2017
(9) geciteerd in Dana Brown, Ecuador’s “citizen revolution”, 7 augustus 2017
(10) Thea Riofrancos, “Ecuador After Correa: Contradictions and dilemmas of left populism in Latin America,” N+1 Magazine, 28 April 2017, geciteerd in Dana Brown, Ecuador’s “citizen revolution”, 7 augustus 2017
(11) Dana Brown, Ecuador’s “citizen revolution”, 7 augustus 2017
(12) Alberto Acosta, ‘Ecuador’s Challenge: Rights of Mother Earth or the Continued Colonization of Nature’, in Tom B.K. Goldtooth and Shannon Biggs, editors, Right of Nature & Mother Earth, Sowing Seeds of Resistance, Love and Change, November 29th, 2015
(13) Richard Fidler, How Bolivia is leading the global fight against climate disaster, okt. 2014
(14) zie voor de volledige tekst Richard Fidler, ‘Evo Morales historic speech at the Isla del Sol’ [21 dec. 2012], 11 jan. 2013
(15) Richard Fidler, ‘Evo Morales historic speech at the Isla del Sol’ [21 dec. 2012], 11 jan. 2013;
Richard Fidler, How Bolivia is leading the global fight against climate disaster, okt. 2014
(16) Judith Bluestone Polich, Return of the Children of Light, (1999), p. 84, 85; Richard Fidler, ‘Evo Morales historic speech at the Isla del Sol’ [21 dec. 2012], 11 jan. 2013
(17) zie voor de hele toespraak:Richard Fidler, ‘Evo Morales historic speech at the Isla del Sol’ [21 dec. 2012], 11 jan. 2013
(18) John Riddell, ALBA after ten years,  a talk given at a celebration of ALBA in Toronto, February 21, 2015; 23 februari 2015
(19) Richard Fidler, How Bolivia is leading the global fight against climate disaster, okt. 2014
(20) Plannen om grootschalige hydraulische fracking in Bolivia te ontwikkelen werden door Martin Vilela van het Platform Climate Reaction gerapporteerd tijdens het derde Internationaal Tribunaal in 2014 in Parijs. In de afgelopen jaren heeft het land de productie en export van natuurlijk gas vergroot, waardoor het land extra inkomsten verwierf. Martin Vilela legde uit dat het bedrijf YPFB in 2013 een contract tekende voor fracking in het Chaco gebied, dat een gebied met waterschaarste is. Zie International Tribunal issues verdicts on 12 cases of violations to climate, nature and communities, 9 dec. 2014
(21) zie voor een uitgebreid artikel Federico Fuentes, Amazon protests in Bolivia: Development before environment? In Bolivia Rising, September 9, 2011
(22) Vandana Shiva, Earth Democracy, 2005/2016, p. xvii
(23) Tom B.K. Goldtooth, ‘Indigenous Rights and Rights of Mother Earth: One Voice, One Mind, One Heart, One Spirit’, in Tom B.K. Goldtooth and Shannon Biggs, editors, Right of Nature & Mother Earth, Sowing Seeds of Resistance, Love and Change, 29 november 2015
(24) http://therightsofnature.org/a-tribunal-for-earth-why-it-matters/
(25) http://therightsofnature.org/rights-of-nature-tribunal/
(26) Earth Rights Conference in Sigtuna, Sweden April 21-22, 2017
(27) http://therightsofnature.org/framework-for-tribunal/
(28) http://therightsofnature.org/a-tribunal-for-earth-why-it-matters/
(29) http://therightsofnature.org/framework-for-tribunal/
(30) http://therightsofnature.org/a-tribunal-for-earth-why-it-matters/
(31) op de website van de Global Alliance for Rights of Nature is uitgebreide informatie over de Internationale Tribunalen te vinden
(32) Report from the Centre of the Earth, 25 februari 25, 2014 door Lisa Mead
(33) Report from the Centre of the Earth, 25 februari 25, 2014 door Lisa Mead
(34) Report from the Centre of the Earth, 25 februari 25, 2014 door Lisa Mead
(35) http://therightsofnature.org/a-tribunal-for-earth-why-it-matters/
(36) Report from the Centre of the Earth, 25 februari 25, 2014 door Lisa Mead
(37) http://therightsofnature.org/a-tribunal-for-earth-why-it-matters/
(38) http://therightsofnature.org/rights-of-nature-tribunal/
(39) Tribunal at Peoples’ Summit calls for a UN Declaration on the Rights of Nature, dec. 2014 
(40) International Tribunal issues verdicts on 12 cases of violations to climate, nature and communities, 9 dec. 2014
(41) Tribunal at Peoples’ Summit calls for a UN Declaration on the Rights of Nature, dec. 2014 
(42) http://therightsofnature.org/cormac-cullinan-paris-tribunal/
(43) https://celdf.org/rights-nature-symposium/
(44) Coast Salish Nations Sign International Treaty to Protect the Salish Sea, 23 sept. 2014
(45) Casey Camp‐Horinek, Pa’tha’ta Ponca;  Patricia Gualinga, Kichwa; Pennie Opal Plant, Yaqui, Choctaw, Cherokee; Blanca Chancoso, Kichwa; Crystal Lameman, Beaver Lake Cree; Gloria Hilda Ushigua Santi, Sapara en Melina Laboucan‐Massimo, Lubicon Cree
(46) Indigenous Women of the Americas Defenders of Mother Earth Treaty Compact 2015
(47) Pennie Opal Plant, We Are All Related – working together to fight fossil fuels.
(48) Indigenous Women of the Americas Defenders of Mother Earth Treaty Compact 2015
(49) Indigenous Women of the Americas Defenders of Mother Earth Treaty Compact 2015
(50) Pennie Opal Plant, We Are All Related – working together to fight fossil fuels.
(51) Indigenous Women of the Americas Defenders of Mother Earth Treaty Compact 2015
(52) Cherri Foytlin, Where the indigenous women’s treaty differs from the Paris Accord (2015)
(53) In mijn boek Samenlevingen in Balans (2014) beschrijf ik het begrip ‘Samenlevingen in Balans’ als samenlevingen waarvoor geldt dat de universele wetmatigheden een inherent onderdeel zijn van alle aspecten van de cultuur. Hierdoor zijn deze samenlevingen zowel in lijn met de ordening die inherent is aan het universum als in harmonie met de natuur. Het begrip ‘Samenlevingen in Balans’ lijkt dus een andere term om te verwijzen naar samenlevingen die gekenmerkt worden door ‘Living Well in harmonie met Moeder Aarde’. 

 

 

Gebruikte bronnen

Websites:

De website van de Global Alliance for Rights of Nature
A worldwide movement creating human communities that respect and defend the rights of Nature.
De website van CELDF , de Community Environmental Legal Defense Fund


Literatuurlijst
Acosta, Alberto, ‘Ecuador’s Challenge: Rights of Mother Earth or the Continued Colonization of Nature’, in Tom B.K. Goldtooth and Shannon Biggs, editors, Right of Nature & Mother Earth, Sowing Seeds of Resistance, Love and Change, November 29th, 2015.

Bluestone Polich, Judith, Return of the Children of Light, (1999)

Brown,Dana, Ecuador’s “citizen revolution”, 7 augustus 2017

Dosh, Paul en Nicole Kligerman “Correa vs. Social Movements: A Showdown in Ecuador”, NACLA Report on the Americas Vol. 42 Iss. 5 (2009)

Fidler, Richard, ‘Evo Morales historic speech at the Isla del Sol’ [21 dec. 2012], 11 jan. 2013

Fidler, Richard, How Bolivia is leading the global fight against climate disaster , oct. 2014.

Foytlin, Cherri, Where the indigenous women’s treaty differs from the Paris Accord (2015)

Fuentes, Federico, Amazon protests in Bolivia: Development before environment? In Bolivia Rising, September 9, 2011

Goldtooth, Tom B.K. and Shannon Biggs, editors, Right of Nature & Mother Earth, Sowing Seeds of Resistance, Love and Change, November 29th, 2015.

Goldtooth, Tom B.K. , ‘Indigenous Rights and Rights of Mother Earth: One Voice, One Mind, One Heart, One Spirit’, in Tom B.K. Goldtooth and Shannon Biggs, editors, Right of Nature & Mother Earth, Sowing Seeds of Resistance, Love and Change, November 29th, 2015.

Kendall, Clare, “A New Law of Nature”, The Guardian UK, 24 sept. 2008

Nobel, Justin, How a Small Town Is Standing Up to Fracking, 22 mei, 2017

Plant, Pennie Opal, We Are All Related – working together to fight fossil fuels.

Riddell, John, ALBA after ten years,  a talk given at a celebration of ALBA in Toronto, February 21, 2015; 23 februari 2015

Shiva, Vandana, Earth Democracy, 2005/2016

Solón, Pablo, The Rights of Mother Earth, 2017